„Hoe je samenwerkt, vertaalt zich ook terug naar het eindresultaat”, zegt Klaas Graveland, directeur van HuneBouw in Hoogeveen. Exact om die reden heeft Graveland Annemieke Plomp in de arm genomen voor de verbouw en verduurzaming van het hoofdkantoor van HuneBouw. Plomp heeft haar eigen bedrijf als interieurarchitect en bouwkundige, AP-Interieurarchitect. Voor zowel Graveland als Plomp was vooral de communicatie essentieel om een succesvolle uitkomst te bereiken. „Alles is besproken,” aldus Graveland. „Tot aan de plinten toe.”
Samenwerking
Als voorbeeld noemt Graveland het plafond dat boven ons in de nieuwe vergaderruimte hangt. Er is een afbeelding van een wolkendek in verzonken, waardoor het net lijkt alsof je naar buiten kijkt als je je blik naar boven richt. Het zal zowel de leek als de vakman compleet ontgaan dat er een luchtverversingssysteem achter verscholen zit. „Je ziet hier geen inblaasroosters,” legt Graveland uit. „Want onder het wolkendekje zit een spleet. Daar wordt de lucht ingeblazen. Dat is uniek. Je zult echt de samenwerking op moeten zoeken om dit soort dingen te bereiken.”
„Ja, wij weten inmiddels heel goed hoe we werken en hoe we elkaar kunnen aanvullen”, valt Plomp hem bij. „Ik denk dat goed opdrachtgeverschap ook heel belangrijk is om tot een mooi resultaat te komen.” Ook dat komt uiteindelijk weer neer op heldere communicatie. Dat stelt beide partijen in staat duidelijke verwachtingen te creëren. Zo heeft Plomp op basis van de wensen van HuneBouw een ongelooflijk gedetailleerde 3D-tekening gemaakt. Ze pakt haar tablet erbij om een aantal voorbeelden te laten zien. „Van de vloerbedekking tot de kapstokken, alle details heb ik erin getekend,” zegt ze, terwijl ze door de afbeeldingen swipet. En inderdaad, zowel het tapijt als de kapstok in de vergaderruimte komen overeen met wat er op het scherm te zien is.
Identiteit
Het pand van HuneBouw weerspiegelt wat het bedrijf meeneemt naar de bouwplaats.
Goed doordachte designs, zoals het luchtverversingssysteem, maar ook duurzaamheid. Sinds de verbouwing wordt het energielabel A+++ met trots gedragen. Dat vindt Graveland belangrijk: „Je identiteit, wat je pretendeert te zijn, dat je dat ook overbrengt in je eigen pand.” Plomp stemt daarmee in. „Ik probeer het gebouw te versterken, zodat het past bij de identiteit van het bedrijf en meerwaarde geeft aan de uitstraling”, zegt zij.
‘Ik probeer het gebouw te versterken, zodat het past bij de identiteit van het bedrijf en meerwaarde geeft aan de uitstraling’
„Ik vind het 100% een eis dat als onze klanten hier komen, ze herkennen waar we voor staan”, zegt Graveland. „Het niveau van het werk, van het vakmanschap, dat we begrijpen wat we aan het doen zijn. Dat moet de verbouwing ook uitstralen. Als dat niet tot uiting komt, zou ik me er zelf niet goed bij voelen.”
Plomp wijst naar een wandje in een andere vergaderruimte. Daarop is een plattegrond van een project gedrukt. „Daarmee probeer ik de engineering van het bedrijf tot uiting te laten komen”, zegt ze. „Om dat goed te krijgen ben je een poosje bezig. Maar we proberen uiteindelijk wel om alles perfect te krijgen.”
Engineering
Die engineering is inderdaad een belangrijk aspect van het bedrijf, beaamt Graveland. Want HuneBouw gaat verder dan alleen de uitvoering van de bouw. Om met aspecten als bijvoorbeeld milieu-impact, natuurinclusiviteit of klimaatadaptiviteit rekening te kunnen houden, maken de experts van het bedrijf integrale berekeningen. „Daarin willen we niet te afhankelijk zijn van derden. Dus hebben we hier op kantoor het beleid dat we de engineering tot een niveau kunnen brengen dat richting geeft aan de uitvoering.”
Circulaire gedachte
Ook duurzaamheid is dus een belangrijk onderdeel van de identiteit van het bedrijf en is een centraal thema in de verbouw ervan. Zo zit er ook een circulaire gedachte achter, vertelt Graveland: „We hadden ook een deel van het gebouw kunnen slopen en opnieuw bouwen. Maar we vinden die milieu-impact heel belangrijk. Dus dan is het plafond maar even iets lager en zoeken we het liever in de kwaliteit van de verbouw. Alles is ook weer demontabel en duurzaam.”
Van idee tot vergunning tot projectleiding
AP-interieurarchitect bedient vanuit Assen de zakelijke en particuliere markt op het gebied van ontwerp en uitvoering van interieurs. Denk aan kantoren, sportvoorzieningen, zorginstellingen, horecaconcepten en scholen. Annemieke Plomp denkt daarbij in nauwe samenspraak met de opdrachtgever een ontwerp uit en ontzorgt desgewenst in de uitvoering van het plan. Ze maakt een lichtplan, begeleidt de eventuele vergunningaanvraag, verzorgt het inkoopproces en tekent voor de bouwbegeleiding.
BENG en NOM: duurzaam is de toekomst
HuneBouw legt zich sterk toe op duurzaamheid in de bouw. Niet alleen het uiteindelijk project moet duurzaam zijn, ook tijdens de ontwikkeling van een woning of een gebouw stelt HuneBouw duurzaamheid centraal. Met andere woorden: gedurende het bouwproces houdt HuneBouw zoveel mogelijk rekening met mens en milieu. Bijkomend voordeel: er wordt tijdens de bouw energie bespaard en de productie van Co-2 wordt zoveel mogelijk beperkt.
Maar ook na de oplevering mikt HuneBouw op een zo duurzaam mogelijk product. Zo is het bedrijf gespecialiseerd in BENG- en NOM-gebouwen. Een BENG-gebouw is een ‘bijna energieneutraal gebouw’. Een BENG-gebouw heeft een energieprestatie coëfficiënt (EPC) van bijna 0. Hoe zuiniger een gebouw, hoe lager de EPC-waarde. Om deze waarde te bepalen, wordt alleen het energieverbruik gemeten dat direct te maken heeft met het gebouw zelf. Denk bijvoorbeeld aan de isolatie, het verwarmen en koelen, het ventileren en de verlichting. Al het huishoudelijk verbruik, zoals televisiegebruik of het gebruik van keukenapparatuur valt hier dus niet onder. Sinds 2020 moeten alle nieuw gebouwde woningen voldoen aan de BENG-eisen. De woning dient dan Bijna Energie Neutraal Gebouwd te zijn.
Behalve BENG-gebouwen, heb je ook NOM gebouwen. NOM staat voor Nul-Op-de-Meter. Al de energie die u verbruikt ten behoeve van de installatie van de woning en het (normale) huishoudelijk gebruik, wordt door de woning zelf opgewekt en zorgt daardoor voor een Nul op de energiemeter.