Het merk Avebe zie je misschien niet op de verpakking van een zak apenkoppen, maar het aardappeleiwit van dit noordelijke bedrijf zit er wel degelijk in. Wie zijn boodschappenmandje eens goed bekijkt, ontdekt dat het aardappelzetmeel en aardappeleiwit van Avebe in tal van voedingsmiddelen te vinden is. Daarnaast worden deze ingrediënten ook gebruikt in bouwproducten en diervoeding. „We halen alles uit de aardappel wat erin zit,” zegt Marc Laus, verantwoordelijk voor innovatie en nieuwe toepassingen. Hij speelde een sleutelrol in de eiwitreis die Avebe heeft afgelegd.
Laus: „Eind jaren ’70 werd het aardappelsap in de lokale kanalen geloosd, wat zorgde voor schuimkoppen en overlast. Hoewel dit destijds gebruikelijk was, vond Avebe het niet langer wenselijk en rond die periode veranderde ook de milieuwetgeving. We gingen daarom op zoek naar een oplossing voor deze reststroom. Er moest een alternatief proces komen om het aardappelsap te ontdoen van eiwit, waarna het sap geconcentreerd kon worden voor landbouwtoepassingen als bemesting. Eind jaren ’70 ontwikkelden we een coagulatieproces waarbij het eiwit door gebruik te maken van stoom door verhitting uitvlokt. Hieruit ontstonden producten die gebruikt werden in veevoertoepassingen en diervoeding.”
In de jaren ’90 en begin 2000 werd veel onderzoek uitgevoerd naar het gebruik van onder andere membraantechnologie om aardappeleiwit te winnen, maar dit was niet op grote schaal toepasbaar. Pas in 2007 slaagde Avebe erin om eiwit uit de aardappel te winnen in vloeibare vorm. Wat aanvankelijk alleen geschikt was voor diervoeding, kan Avebe nu ook gebruiken voor humane voeding. De eerste aardappeleiwitfabriek werd geopend in Gasselternijveen.
Perfect oplosbaar met behoud van functionaliteit
Wat vooral uniek is aan aardappeleiwit, is dat het goed oplosbaar is met behoud van hoge functionaliteit. Laus: „We ontdekten dat bepaalde aardappeleiwitten uitstekend kunnen schuimen, geleren en emulgeren. Dit kan bijvoorbeeld worden toegepast in plantaardige bakkerijproducten zoals meringue en macarons, of in plantaardig snoepgoed. Ons aardappeleiwit geeft ook een perfecte textuur aan plantaardig vlees of zuivel, en zelfs in 3D-geprinte steaks.” In de loop der jaren is de vraag naar plantaardige producten steeds verder toegenomen. Veel van deze producten bevatten allergenen als gluten of soja. Het voordeel van aardappeleiwit is dat het niet als allergeen gelabeld hoeft te worden. Avebe heeft het Innovatiecentrum op de campus in Groningen zo ingericht dat ze samen met de klant kunnen blijven ontwikkelen. „Denk bijvoorbeeld aan een proeffabriek voor onderzoek naar eiwitextractie en verschillende laboratoria waar we producttoepassingen ontwikkelen. Zo hebben we een lab specifiek voor de ontwikkeling van plantaardige zuiveltoepassingen, een lab voor plantaardige vleesvervangers en een lab waar gelatinevrij snoepgoed wordt ontwikkeld. Maar ook eentje waar we ons richten op de toepassingen van onze producten voor industriële toepassingen, zoals tegellijm”, licht Laus toe.

Nieuwe toepassingen
Er zijn volop ontwikkelingen in verschillende markten die vragen om duurzamere grondstoffen, nieuwe ingrediënten en gezondere voeding. Laus vertelt enthousiast over een mooi voorbeeld: „Vorig jaar hebben we meerdere innovatie awards gewonnen met ons aardappeleiwitproduct. Onder andere in plantaardige gefermenteerde yoghurt. Ook is er steeds meer behoefte aan bio-based (groene) alternatieven in voor Avebe nieuwe markten, zoals persoonlijke verzorging.” In de voedingsmarkt ziet Avebe ook nieuwe kansen. „De focus bij voeding ligt vaak op de textuur die we met ons aardappeleiwit kunnen verbeteren,” legt Laus uit. „We onderzoeken hoe onze producten ook kunnen bijdragen aan een hogere voedingswaarde van voeding, en of speciale eigenschappen van onze eiwitten extra waarde kunnen toevoegen in specifieke toepassingen. Veel plantaardige voedingsbronnen kunnen leiden tot een tekort aan belangrijke aminozuren, maar bij aardappeleiwit is dit niet het geval. Daarom is ons eiwit zo geschikt voor toepassingen waarin de nutritionele waarde van eiwit belangrijk is. Zo gaan we van ideaal naar business met impact.”