Het is zover! Vanaf januari 2024 geldt de Wet Kwaliteitsborging voor het Bouwen. Keimpe Stroop van gBOU. in Heerenveen is er allang klaar voor. We zijn al sinds 2006 actief op het gebied van gecertificeerde bouwplantoetsing en toezicht op de bouw en ons aan het voorbereiden. De politiek heeft veel tijd nodig gehad om alle belangen te wegen en beslissingen te nemen, maar het is zover: „We kunnen eindelijk aan de slag zoals het bedoeld is. Bouwen vanuit vertrouwen voor een betere bescherming van de bouwconsument.”
In 2009 richtte Keimpe Stroop zijn gBOU. in Heerenveen op. Een historisch grachtenpand aan de Herenwal was na een grondige verbouwing klaar voor het team kwaliteitsborgers in de bouw. Keimpe Stroop, eerder bekend in het noorden van zijn bureau Stroop raadgevende ingenieurs in Leek, had er zin in. „Er zijn heel veel goede bouwbedrijven, maar helaas ook slechte. En daar wil de overheid mensen beter tegen beschermen”.
De invoering van de Wkb heeft heel lang geduurd, want het was de bedoeling dat de Wkb al in 2010 zou ingaan. Maar ja, de bouw is een kwestie van veel belangen en die belangen zijn groot. Tot het allerlaatste moment was het onzeker of het per 1 januari as. wel zou lukken. Pas toen vorige maand de minister onze branchevereniging, de VKBN, toesprak, wisten we het zeker. De wet gaat in op 1 januari 2024 en dan geldt de wettelijk verankerde kwaliteitsborging voor alle nieuwbouw van woningen en kleine bedrijfsgebouwen, de zogeheten gevolgklasse 1.” Dit betekent dat voor deze bouwplannen de gemeente niet meer verantwoordelijk is voor de toetsing en toezicht van het bouwplan maar dat dit door de kwaliteitsborger wordt gedaan.
As built, en niet anders
Aan de onzekerheid in de bouwketen is een einde gekomen. „Daar ben ik blij mee, want we hebben in dit land een prima bouwregelgeving, alleen houden we ons er (vaak) niet aan. En dat moet veranderen om de kwaliteit omhoog te brengen en bouwconsumenten tegen uitwassen te beschermen”. Met de nieuwe wet gaat het uitgangspunt ‘as built’ gelden: we beoordelen niet meer zozeer het bouwplan maar vooral het bouwwerk. Dus zoals het is gebouwd.
In het ontwerp beoordelen wij uiteraard nog wel dat bijvoorbeeld de constructie, de technische installaties en de bouwfysica van een bouwwerk voldoet aan de vereiste normen en voorschriften. Op de bouw gaan we vervolgens kijken of volgens het door ons beoordeelde ontwerp en tekeningen gebouwd wordt, of dat het daar vanaf wijkt.
Is dat het geval, dan moeten we er weer goed naar kijken. Dat geldt vooral als er risico’s zijn dat de wijziging niet past binnen de geldende normen en voorschriften. Waar het in ons mooie vak dus vooral om gaat is het herkennen van risico’s in de uitvoering en de daarbij behorende signalen. Stel dus dat een constructie tijdens de bouw wordt gewijzigd en meer dan gebruikelijk gaat doorbuigen of dat er scheurvorming optreedt anders dan normaal het geval is, dan moeten wij deze signalen herkennen en wat nog belangrijker is: het signaal erkennen. Wij zijn ervoor om er dan voor te zorgen dat de bouwer het bouwwerk aanpast zodanig dat het weer past binnen de bouwvoorschriften.
Indien de bouwer dit niet doet en het bouwwerk uiteindelijk toch niet aan de bouwvoorschriften gaat voldoen, dan is het aan het bevoegd gezag, de gemeente dus, om in te grijpen. Nee, niet aan de kwaliteitsborger. Wij kunnen niet handhaven. Wij zijn immers geen bouwpolitie. Wij constateren en rapporteren aan de opdrachtgever en aan de gemeente. De opdrachtgever kan uiteraard ook de bouwer aanspreken op zijn verantwoordelijkheid en de bouwer aanzetten tot herstel. Maar het is uiteindelijk aan de gemeente om wel of niet bestuurlijk te handhaven op onze bevindingen.
„Onze werkzaamheden worden trouwens steekproefsgewijs beoordeeld door de Toelatingsorganisatie Kwaliteitsborging Bouw (TloKB), zeg maar een RDW voor de bouw en die gaat zogeheten realitychecks op de bouw doen.” Als we ons werk niet voldoende zorgvuldig doen kunnen we in het slechtste geval onze licentie als kwaliteitsborger kwijtraken en daarmee onze werkzaamheden niet meer uitvoeren”. De Wet kwaliteitsborging maakt deel uit van de invoering van de Omgevingswet en het daarmee vervallen van de nu bestaande 26 verschillende wetten. Met de nieuwe wet kan gBOU. van start zoals Keimpe Stroop het bedoeld heeft. „Een punt maken van (ge)bouwkwaliteit. Daarom staat er ook een punt achter onze naam gBOU., dat staat voor gegarandeerde Bouwkwaliteit bij Ontwikkeling en Uitvoering. Onze opdrachtgevers hebben dus een gecertificeerd deskundige aan hun zijde. Bij oplevering voldoet het bouwwerk dan aan de bouwregelgeving.”
Leren van fouten
„Voor ons geldt naar mijn idee dat ook wij ons moeten houden aan de transparantie die wij vragen van onze opdrachtgevers. Dat betekent dat ik mij in de dagelijkse praktijk niet bezig hou met het beoordelen van tekeningen of het praktisch beoordelen in de bouw, dat doen mijn collega’s. Ik zie het vooral als mijn taak om intern heel alert te blijven en goed te kijken of wij mogelijke signalen inderdaad goed herkennen en nog belangrijker: ook erkennen. Dit is een serieus vak en dat valt bij transparantie en deskundigheid. Waar het eigenlijk om draait, is dat je niet wilt ingrijpen: je wilt dat voorkomen. Een goede scheidsrechter valt bijna niet op en als hij ingrijpt begrijpen de spelers op het veld wat hij doet.
Wij zijn ook geen adviseur: het is niet aan ons om advies te geven in een geval er iets niet conform tekening is. Wij zijn onafhankelijk en moeten dat blijven, ook al is dat niet altijd makkelijk. Feitelijk gaat erom dat je met elkaar vanuit wederzijds vertrouwen aan bouwplannen en projecten werkt. Dat er dingen onderweg misgaan is daarbij niet erg. Fouten maken doet iedereen immers. Waar het om gaat is dat ze op de juiste wijze hersteld worden en dat je ervan leert.”
Faalkosten omlaag
Keimpe Stroop ziet meer voordelen. „Behalve het eerste doel van de wet, een betere bescherming van de bouwconsument, gaat het in de breedte over veilige, gezonde, duurzame, bruikbare en toegankelijke bouwwerken. Daarmee hebben we een instrument om de faalkosten in de bouw te verminderen. Als we erin slagen om de faalkosten van de huidige tien procent terug te dringen naar vijf procent, dan zijn we goed bezig. Vergeet niet dat er een bouwvolume is in deze eenvoudige bouwwerken van zo’n 15 miljard euro per jaar!”
Boerenverstand
gBOU. kan aan de slag en brengt de eigen formatie op orde, zegt Keimpe Stroop. „We zoeken nog praktische collega’s. Mensen met kennis van de bouwregels en met ervaring op de bouwplaats en ook een gezonde dosis boerenverstand. Daar moeten we meer gebruik van maken. Daarnaast is ons vak een kwestie van gezag. Niet de macht van gezag maar de kracht van gezag. Dat past bij „ bouwen met vertrouwen.”